Feestelijke verrassing

Feestelijk minicollege over Breda! Dirk vierde onlangs zijn verjaardag en had voor zijn gasten een verrassing in petto: een bezoek van een bekend persoon… de Vader des Vaderlands. De gasten gingen er goed voor zitten en lieten tijdens het minicollege van 30 minuten hun kennis over stad des vaderlands Breda blijken. Een erg geslaagde actie van de jarige job! Wil jij het minicollege ook boeken voor jouw evenement? Check www.staddesvaderlands.nl

Staat van Beleg

De vesting Breda werd tijdens de Tachtigjarige Oorlog belegerd in 1624 (door Spínola) en 1637 (door Frederik Hendrik). Indien een vesting met een vijandelijke aanval werd bedreigd, verkreeg haar bevelhebber niet alleen onbeperkte macht over het in de vesting gelegerde garnizoen maar ook over de overige inwoners van de vesting. De gewone burgerlijke wetten vervielen of werden ingeperkt naar gelang de eisen die de verdediging van de vesting stelde. Deze staat noemt men staat van beleg en als deze verklaard is, zegt men dat een vesting in staat van beleg is. Tegenwoordig worden wereldwijd nog steeds oproerige steden, al zijn het geen vestingen, of zelfs hele gebieden in staat van beleg verklaard teneinde de militaire macht de volste vrijheid te geven om maatregelen te nemen die zij noodzakelijk acht voor herstel van de openbare orde.

Ten Strijde

Breda gaat niet opzij. We hebben voor hetere vuren gestaan. Na het overlijden van heer van Breda Willem van Oranje (1584) en de val van Antwerpen (1585) waren velen in de Lage Landen pessimistisch over de kansen op succes voor de opstandelingen. Totdat Willem’s opvolger Maurits van Oranje grote militaire successen begon te boeken en vele steden terug veroverde op de tegenstander. Met Van der Gaag’s opvolger Ruud Brood is de Maurits van Oranje van NAC Breda aangetreden. Ten strijde!

‘Onneembaar’

Breda de onneembare vesting. Tijdens het twaalfjarig bestand (1609-1621) in de Tachtigjarige Oorlog heeft Maurits van Oranje-Nassau de vesting Breda flink laten versterken om deze voor zijn voorouders zo belangrijke stad te behoeden voor een inname door Spaanse regeringstroepen. Breda werd door iedereen ‘onneembaar’ geacht. Voor de beroemde generaal in Spaanse dienst Spínola zat er in 1624 daarom maar één ding op: belegeren en uithongeren. Daarvoor had hij een leger van 80.000 soldaten en tien maanden uithoudingsvermogen nodig. Spínola beschouwde de inname van Breda als de mooiste overwinning uit zijn carrière.

Oosterhout

Breda heeft de Grote Kerk te danken aan Oosterhout. De Bredase Nassaus konden de Grote Kerk laten bouwen omdat zij goed in de slappe was zaten. Een groot deel van hun vermogen was eerder in handen van de schatrijke zakenman Willem van Duivenvoorde (1290-1353) die hoofdkwartier hield in Kasteel Strijen in Oosterhout. Van Duivenvoorde’s vermogen kwam door vererving eerst in handen van zijn neefje Jan II van Polanen, naburig heer van Breda, en later in handen van de huwelijkspartner van Polanen’s kleindochter Johanna: Engelbrecht I van Nassau. De vergane glorie van de ruïne van Kasteel Strijen in Oosterhout heeft zich voortgezet in de volle glorie van de Grote Kerk in Breda.

Rechts afslaan

Breda is georiënteerd op België. In het machtige hertogdom Brabant ten tijde van de Lage Landen in de 16e eeuw behoorde het huidige West-Brabant tot het kwartier Antwerpen en niet tot de Meierij van Den Bosch. Na afloop van de Tachtigjarige Oorlog is het huidige West-Brabant onder bestuur van Den Bosch gebracht. Maar dat is niet onze natuurlijke oriëntatie. Breda is van oudsher gericht op het zuiden in plaats van op het oosten. Breda is net als Roosendaal en Bergen op Zoom een vreemde eend in de Noord-Brabantse bijt. We zijn ‘anders’ en daar zijn we trots op!